zondag 10 mei 2015

Ander loket

Soms gebeuren er dingen die even de tijd nodig hebben om in te zinken. Althans, ik heb daar wel vaak last van. Een soort van achteraf precies weten wat je had moeten zeggen verhaal. Snappen jullie? Chantal, wat praat je weer in raadsels. Stel je maakt iets mee en je vindt er op dat moment wel iets van maar je kunt het (nog) niet onder woorden brengen. Het is dan niet zo belangrijk om er meteen iets van te vinden of je twijfelt aan je eigen oordeel. Toch blijft het door je hoofd spoken als iets dat je niet af hebt kunnen maken. Nou, dat dus. Daar heb ik mijn hoofd vol van zitten. Toch wil ik er een eentje met jullie delen. Gewoon om even te kijken of jullie dit ook zo ervaren of weleens hebben ervaren. Huh, Chant, zit er nog een verhaal vandaag? Ik zal jullie niet langer in spanning houden.

Tijdens mijn laatste ingreep, het verwijderen van de port a cath, zijn mij een aantal zaken opgevallen waar ik mee worstel. In die zin of het normaal is om deze gedachten te hebben of dat ik een enorme zeikerd ben (geworden;-)). Het begon die ochtend van de operatie toen ik naar de verkoeverkamer werd gereden. Er was al een bed binnen gebracht met een patiënt. Ik werd keurig naast die meneer geparkeerd en toen begon de witte jas van de meneer tegen mijn witte jas te steggelen over wie er het eerst aan de beurt was. Mijn witte jas zei, "mevrouw hier staat als eerste op de lijst." De witte jas van de meneer zei, "Ja, hoor eens wij zijn enorm onder bezetting vandaag en ik moet nu echt naar beneden." "Ja, en," zei mijn witte jas, "deze mevrouw was eerst. O.k., dacht ik, het is overal hetzelfde liedje;-) Doordat ik die chille pil (nog) niet had gehad was ik zo nuchter als het maar zijn kon en dus ook oplettender, denk ik. "Joh", zei ik tegen mij witte jas, "laat die meneer maar eerst worden aangeprikt, ik heb geen haast vandaag." Witte onderbezette jas blij en zo ging de anesthesist bij meneer aan de slag.

Ondertussen kreeg ik het groene licht dat ik die dormicum ook wel bekend als chille pil toch mocht nemen. De anesthesist kwam naar mijn bed toe en ik schoot vol in de verbale diarree. Zo van, "ja, ik vind het toch wel een beetje spannend weer". Tot aan, "bij mij laatste keizersnee kwam ik toch wat kniftig bij." "Ja, mevrouw," zei de anesthesist, "dit is een ingreep van niets dusse niet zo simmen dat gaat wel goedkomen." De toon waarmee hij het zei loog er niet om. Ik ben wel klein maar zeker niet dom. Hij vond duidelijk dat ik mij aanstelde en liet dit ook merken. Wel potverdrie dubbeltjes waar was nu die empathie die ik het hele jaar had ervaren van mijn witte jassen vrienden? Daar heb ik dus even op moeten knagen, kauwen en nog eens overdenken. Ik denk dat ik het snap maar of het zo is durf ik niet te zeggen.

Toen ik in de ziekenhuismolen kwam had ik een levensbedreigende ziekte. De service die ik kreeg was boven mijn verwachting. Daar heb ik op dit platform regelmatig de loftrompet over gestoken. Maar ik vermoed dat ik nu bij een ander loket ben aangekomen, die van de routine ingrepen en behandelingen. Rats, mevrouw D, u bent niet levensbedreigend ziek dan hebben we weinig tijd, nog minder begrip en empathie is niet onze middelste naam. Raar, toch? Alsof je in een musical bent belandt, zonder het zingen dan, met i.p.v. de A cast nu dan de B cast. Snappen jullie? Ik heb daadwerkelijk verschil ervaren in benadering en aandacht en dat vind ik kei jammer. Want het zou toch geen ruk uit mogen maken wat je klacht is. Nu ja, uitzonderingen daargelaten. Iedereen heeft toch recht op dezelfde benadering, op het menselijke vlak dan? Ben ik nu te lang in dat circuit of is er echt verschil?

Mijn motto is dat je als klant, client of patiënt nooit mag merken of een afdeling onderbemand is of dat de witte jas een kutnacht heeft gehad. Dat wil ik allemaal niet weten laat staan horen. Ik wil gewoon netjes worden behandeld. Dus als ik in mijn broek kak van angst wil ik, op zijn minst een bemoedigend woordje. Maar mag ik dat wel vragen? Ben ik, omdat ik kankerpatiënt af ben, bij het loket van de B cast te veeleisend geworden? Ik ben het even kwijt. Toen ik uiteindelijk op de o.k. lag en vroeg wie de vaatchirurg was kwam de beste man met tegenzin, althans zo ervoer ik dat (de pil was nog niet in werking), mij de hand schudden. Ik heb hem daarna niet meer gezien. Wil ik teveel? Kan het tijd technisch wel?  

Toen ik in mijn duistere verleden voor een grote verzekeraar werkte gingen cijfer meneren kijken of wij nog sneller polissen konden invoeren, in de computer. Ze hadden uitgerekend dat je x tijd bezig was met een polis opmaken en dat maal Y, nou dan kon je best een tandje harder. Dit betekende wel dat je vaak geen tijd had voor andere zaken. Zou dit dan ook zo werken in het ziekenhuis? Dat je op een dag zo'n twintig mensen kunt verstouwen als vaatchirurg? Van spataderen tot aan een port a cathtje verwijderen? Ik hoop het niet. Stiekem wil ik denken dat ik een zeur ben en teveel tijd heb doorgebracht in dat ziekenhuis. Of dat ik tot op het bot verwend ben geweest met gemotiveerde en liefdevolle witte jassen. Wie zal het zeggen. Toch weiger ik te accepteren dat dit de manier is. Misschien heb ik die dag wel gewoon pech gehad en was (bijna) iedereen met zijn/haar verkeerde been uit bed gestapt. Zou hou ik in ieder geval de hoop dat de mensen de dag na mij wel alle aandacht hebben gekregen die ze verdienen ook al kwamen ze maar voor het verwijderen van een spatader (wat overigens nog een fikse ingreep is, beste lezers).

Tja, klant is koning is mijn motto. Ik probeer dit in mijn werk dagelijks na te streven. Toch zijn er mensen die het niet eens proberen. Zo hadden wij , manlief en ik, pas geleden een gesprek met de mentor van onze dochter. Wij hadden aangegeven dat dochterlief had verteld dat de wiskunde lerares geen orde kon houden in de klas. Dit had als resultaat bij dochter S dat ze vaak de uitleg maar voor de helft meekreeg of niet had verstaan wat het huiswerk was. "Tja", zei de mentor, "we weten dat ze het nog niet kan maar ja wat kunnen we daar nu aan veranderen?" " Ze moet het toch ergens leren, hè?!" "Volgend jaar zal het vast beter gaan met die lerares", zei de mentor. Dat wil je als ouder natuurlijk niet horen. Onze dochter heeft daar nu last van. De mentor pleurt zo hop de vuile was buiten en biedt ook nog eens geen oplossing. Te triest voor woorden vind ik dit. Dat iemand het moet leren vind ik een ding maar dat je de klacht van ouders wegwuift met dat excuus is iets heel anders. Dochterlief gaat volgend jaar naar een andere klas dus zal waarschijnlijk een andere wiskunde leraar of lerares krijgen maar toch is ons vertrouwen beschaamd. Jammer, gemiste kans.

Moraal van het verhaal. Wat u wil dat u niet geschiedt doe dat ook een ander niet. Of Chant, zannik niet zo. De keuze is aan jullie;-)

No one has ever become poor by giving - Anne Frank

Heel veel liefs,
Tough Dutch cookie


Geen opmerkingen: